Ze leidde een zorgeloos leventje en stond op het punt om door te breken als renster. Tot het noodlot plots toesloeg. Jilke Michielsen kreeg op amper 16-jarige leeftijd te horen dat ze aan een agressieve botkanker leed. Ze is nog niet helemaal kankervrij, maar kan wel al weer voluit trainen.
De 17-jarige uit Oostduinkerke heeft talent in overvloed. Ze koerst, net als haar broers, al sinds haar 8e en veroverde in 2022 als nieuwelinge twee Belgische titel op het BK baanwielrennen. Een jaar later kreeg ze zelfs te horen dat ze kans maakte om geselecteerd te worden voor het EK en WK.
Enkele weken later stortte haar wereld plots in. Michielsen kreeg de diagnose van een agressieve botkanker in haar bekken. "Het eerste wat ik de oncologe vroeg toen ze ons het vreselijke nieuws vertelde, was hoeveel kans ik maakte”, vertelt Michielsen in een interview met HLN. “Maar daar wilde ze liever niet op antwoorden."
Haar ouders waren erbij toen ze het slechte nieuws te horen kreeg. "We stonden na het verdict nog maar net op de gang van het ziekenhuis of Jilke zei: ‘Ik wil niet dood!’ Wij antwoordden, in tranen en met niks anders dan het ergste scenario in ons hoofd: ‘Maar dat willen wij ook niet.’"
Er volgden 14 loodzware chemokuren en 33 bestralingen. Het vorige schooljaar bracht Jilke door in het Universitair Ziekenhuis van Gent, in plaats van de topsportschool in Gent.
Haar koersfiets hing aan de wilgen. De lessen probeerde ze in te halen. Op stap gaan met haar vriendinnen zat er niet in, want door de chemo was ze te moe en haar immuunsysteem was veel te zwak.
"De bijwerkingen van de chemo waren zo hevig dat ik zelfs met een shot morfine nog zat te brullen van de pijn. 'Wat heb ik misdaan om dit te krijgen?!’ vroeg ik aan mijn mama. Op momenten dat ik super veel pijn had, heb ik haar ook al een paar keer gezegd dat ik er niet meer wilde zijn."
Omdat Jilke zo zwaar afzag, gaf de oncologe haar de keuze om de stoppen met chemo. Toch besliste ze om de rit uit te zitten. "Die chemo is bedoeld om de tumor weg te houden. Ik wil niet dat het gezwel er over een paar jaar terug is omdat ik nu mijn behandeling niet heb afgemaakt."
Soms overvalt de angst om te sterven mij nog, zeker wanneer ik een nieuw pijntje voel. Ik probeer dan om die gedachten snel te bannen.— Jilke Michielsen
Als iemand haar via een berichtje vraagt hoe ze het stelt, antwoordt Jilke steevast 'ça va'. Ook als ze ligt te huilen van de pijn. "Ik heb niet graag dat mensen denken dat ik om aandacht vraag."
Jilke was vaak bang dat ze dood zou kunnen gaan. "Soms overvalt die angst mij nog, zeker wanneer ik een nieuw pijntje voel. Maar ik probeer dan om die gedachten snel te bannen en om te denken dat het wel goed komt."
Haar lange bruine haren raakte ze door de chemo kwijt. "Daar heb ik ook veel om gehuild. Ook mijn wimpers en wenkbrauwen vielen uit. Heel confronterend. Ik zag er doodziek uit. Mijn lief vond dat zo erg om te zien, dat hij me een tijdlang wat minder kwam bezoeken in het ziekenhuis. Ik begrijp dat wel."
Intussen zijn haar haren weer 6.5 centimeter lang. "Acceptabel om ermee naar buiten te gaan. Ik heb al uitgerekend dat het nog vijf jaar zal duren voordat mijn haar opnieuw zo lang is zoals ik het graag heb.”
Vandaag gaat het een pak beter met Jilke. De zware behandelingen zijn achter de rug, haar gewone leventje komt weer op gang en ze is sinds juli, na haar laatste chemobehandeling, weer beginnen trainen.
Artsen kunnen haar evenwel nog niet helemaal genezen verklaren. Ze moet verder opgevolgd werden. "Maar ik voel me goed. Tegen de start van de wedstrijden in maart wil ik er staan. Ik droom van het WK in Rwanda. En ik wil volgend jaar deelnemen aan het ingangsexamen geneeskunde."
Haar zware ziekte heeft Jilke veel lessen geleerd. "Ik koester de kleinste dingen. Nu kan ik bijvoorbeeld zo blij zijn met een straaltje zon dat ik meteen buiten in het gras ga liggen om ervan te genieten."
De band met haar ouders, broers en zus is sterker geworden. "Zij hebben me zo hard gesteund. Voor ik ziek werd durfde ik aan tafel al eens met mijn gsm bezig zijn. Als we nu met heel ons gezin nog eens samen rond de tafel zitten, dat is… waauw."
Waar ze het meest dankbaar voor is? "Dat ik zoveel geluk mocht hebben dat de chemo aanslaat en dat ik nog leef. Dat is wat ik graag tegen de mensen zou zeggen: dat ze nooit mogen opgeven, hoe moeilijk het ook is.”