Viktor Verhulst was 'bijna' coureur geworden: 'Ik reed iedereen eraf op training'

Achtergrond
vrijdag, 07 maart 2025 om 20:25
schermafbeelding 2025 03 07 om 205110jpg

Viktor Verhulst verdient tegenwoordig goed zijn boterham als DJ, maar de zoon van de bekende mediaondernemer heeft nog meer talenten. Zo kan hij bijvoorbeeld heel hard met een fiets rijden. 

Viktor en zijn vader Gert zijn grote wielerfans. Ze gaan regelmatig samen op pad, als het tenminste mooi weer is, en volgen de koers op de voet. In hun podcast 'Vik & Gert' vertelde Viktor dat hij ooit nog wedstrijden gereden heeft. 

"Ik heb vroeger nog echt gefietst. Ik ben nog bijna wielrenner geworden", klinkt het. "Dat was een periode waarin je niet wist van welk hout pijlen te maken", antwoordt Gert. "Dan dacht je: 'ik word coureur'. Ik viel van mijn stoel, je was al 18 jaar. De meeste coureurs beginnen als ze twee jaar oud zijn."

Viktor noemt het een 'uit de hand gelopen hobby'. "Ik dacht op een gegeven moment: 'Ik wil eens wat koersen rijden'. Ik kon heel hard met een fiets rijden, maar wedstrijden is toch nog iets anders."

Testen bij Lefevere

Gert had meteen hoge verwachtingen over zijn zoon. "Ik ben een positieve mens en begon er dus in te geloven dat hij wielrenner ging worden." Viktor ontkent dat. "Dat is overdreven. Ik heb me ingeschreven bij de bond om koersen te rijden."

Viktor mocht zelfs bij Patrick Lefevere een inspanningstest doen. Gert: "Ik zei tegen Patrick: 'hij gaat heel uw apparatuur uit elkaar fietsen. Wat je nu gaat meemaken, is niet normaal.' Ik heb nooit nog iets gehoord van Patrick Lefevere. Hij is intussen gestopt van miserie."

Bochten

Die wedstrijden werden geen succes. Viktor had weliswaar talent, maar zijn grote valkuil waren bochten. "Ik trainde 20 uur per week en reed iedereen naar huis op training. Aan de start van mijn eerste koers dacht ik: 'ik ga eens wat laten zien'."

"Na de start reden we al direct 62 km/h. Maar de bochten nekten mij. Ik had schrik om te vallen. Ik had veel littekens van mijn valpartijen. Ik heb een heel jaar elk weekend gekoerst en heb maar twee koersen uitgereden. Ik reed mn vierde koers uit omdat het veel rechtdoor was. Er waren maar vier bochten in het parcours."

Gert herinnert zich dat nog goed. "De start was altijd om 16h. Om 16h10 kreeg ik meestal al telefoon: 'papa, ik ben eraf gereden en dit en dat'. Maar er was eens een koers en kreeg ik kwart na vier, half vijf... nog steeds geen telefoon. Ik dacht dat hij in de kliniek lag, maar hij had de finish gehaald."