Gravelen is aan een serieuze opmars bezig. Jan Bakelants stelde in Wielerclub Wattage zelfs dat de gravelsport het veldrijden op termijn zal opslokkelen.
"Mijn inschatting is dat we naar een toekomst zullen gaan waarin veldrijden almaar meer gemarginaliseerd wordt op wereldniveau. In de toekomst zal er steeds meer een omslag richting gravelbiken komen." Met die uitspraak deed Bakelants in het veldritwereldje heel wat wenkbrauwen fronsen
Veldriticoon Sven Nys is het alvast niet eens met die stelling. "Beste Jan. Je onderschat de impact van veldrijden als sport", schreef Nys op X. "Ze zal nooit worden ingenomen door gravel. De komende jaren zullen aantonen dat je de bal misslaat. Gravel is gewoon een mooie toevoeging aan de wielersport in een periode van februari tot oktober voor iedereen."
Visibiliteit
Nys krijgt nu bijval van Philip Roodhooft, al 16 jaar lang de grote baas van Alpecin-Deceuninck en diens voorgangers. "Het verbaast me een beetje dat er mensen zijn die denken dat gravel de cross zal vervangen. Ik zie het eerder in de andere richting gaan", vertelt hij aan
Sporza.
"Ik denk dat de visibiliteit, ofwel de zichtbaarheid, die gecreëerd wordt met veldrijden mijlenver voorop loopt van wat gravel ooit zou kunnen bereiken. Ik merk dat sponsoren zélf vragende partij zijn om iets te doen in het veldrijden."
"De sport is commercieel gezien erg belangrijk door de tv-aandacht", gaat Roodhooft verder. "En het is ook niet iedereen gegeven om grote budgetten vrij te maken om tijdens wegwedstrijden iets te doen."
Complementariteit
Roodhooft ziet het veldrijden en gravelen elkaar eerder aanvullen. "Crossers kunnen wel extra aandacht gaan creëren voor gravelen, als zij zich meer op de sport gaan storten. Zo ontstaat er een community van renners die ook in hun zomer de concurrentiestrijd aangaan."