Remco Evenepoel ligt alweer in de lappenmand. Hij is ervan overtuigd dat hij sterker zal terugkomen, maar Sven Vanthourenhout gelooft daar niet veel van.
De olympische kampioen kwam begin december zwaar ten val, nadat hij op de openzwaaiende portier van een busje van Bpost knalde. Het verdict was hard: een gebroken rib, schouderblad en hand, twee longkneuzingen en een ontwricht rechtersleutelbeen.
"Het een lange weg terug, maar ik ben volledig gefocust op mijn herstel en Ik ben vastberaden om sterker terug te komen, stap voor stap", sprak Evenepoel vanuit het ziekenhuis.
Sven Vanthourenhout is er nog niet zo zeker van dat Evenepoel sterker zal terugkomen, als hij straks weer een rugnummer mag opspelden. "Dat is - als ik dat zo mag zeggen - bullshit. Remco en Wout konden allebei in hun carrière al veel verder gestaan hebben als ze dit allemaal niet meegemaakt hadden", vertelt hij aan Sporza.
"Je blijft twee à drie maanden van de fiets en je steekt je energie in andere zaken. Daar word je niet beter van. Zo simpel is het. Natuurlijk hebben zij relativeringsvermogen. Het kan tegenzitten in het leven, maar als sportman kan je zoiets beter missen."
"Je moet maanden hard werken om hopelijk weer op dat niveau te komen. De renners nemen dat mee, de buitenwereld ziet dat niet. Want ze worden bekeken als wielergoden met zeges."
Evenepoel mist het grootste deel van het jaar. Pas tegen de Brabantse Pijl (18 april) hoopt hij zijn seizoensdebuut te kunnen maken. De Tour, zijn hoofddoel, komt in principe niet in gevaar. Alhoewel...
"Zijn concurrenten hebben de afgelopen maanden wel getraind, voor Remco moet dat nog beginnen", zegt Vanthourenhout. "Maar als hij in Parijs 2e of 3e wordt op minder dan 9 minuten, dan is dat fantastisch voor de toekomst."